Overzicht van het meest recente nieuws en evenementen over waterbodems.
Tot en met 14 maart 2021 kan je je mening geven over de ontwerpen van stroomgebiedbeheerplannen voor Schelde en Maas 2022-2027. De plannen bepalen wat Vlaanderen kan doen voor de verbetering van oppervlakte- en grondwater en voor de bescherming tegen overstromingen en droogte.
De saneringswerken aan de Winterbeek zijn volop aan de gang. In het eerste deelgebied Schoestersvliet en Meilrijk zijn de werken na anderhalf jaar afgerond. De vervuilde beekbodem is volledig verwijderd, goed voor zo’n 25.000 ton. Er is ook 41.000 ton vervuilde oever afgegraven.
De VMM is gestart met een grondige slibruiming van de Mandel. Doel is om de afvoercapaciteit van de waterloop op peil te houden en de waterkwaliteit te verbeteren.
Uit de jaarlijkse evaluatie van de oppervlaktewaterkwaliteit in Vlaanderen blijkt dat in 2015 de emissies door bedrijven, gezinnen en landbouw verder verminderen. Daarmee wordt de trend van de laatste jaren voortgezet.
In 2016 zal de VMM 15 slibruimingen op haar waterlopen uitvoeren en daarmee 208.621 m³ hinderlijk sediment verwijderen. Over de periode 2012-2016 zal er zo gemiddeld 144.446 m³ slib per jaar geruimd zijn. Vergeleken met de jaarlijkse sedimenttoename (begroot op 150.000 m³) betekent dit dat de VMM de hoeveelheid slib in haar waterlopen nagenoeg onder controle houdt.
Op de Ophasseltbeek en de Moenebroekbeek heeft de VMM twee nieuwe sedimentvangen. Metingen van het sedimentmeetnet tonen nu aan dat de vangefficiëntie er kan oplopen tot meer dan 70%. We onderzoeken ook een systeem om frequenter en nauwkeuriger de slibafzetting te meten.
Hoe evolueert de waterkwaliteit in Vlaanderen? Wat zijn de bronnen van waterverontreiniging? In het Jaarverslag Water 2014 krijg je daarvan een overzicht. Het is gebaseerd op de verschillende metingen van de VMM in 2014.
De VMM heeft het traject van de Mandel tussen Roeselare en Izegem grondig geruimd. Hierbij werd meer dan 2300m³ vervuild slib uit de bedding gehaald. De oevers van de Mandel werden ondertussen ook gemaaid om de groei van de reuzenberenklauw tegen te gaan.
Overstromingen kunnen in een dichtbebouwde regio als Vlaanderen veel schade veroorzaken. De VMM kiest in haar beleid daarom voor meerdere sporen: preventie (bv. watertoets), paraatheid (voorspellen en waarschuwen), maar ook protectie. De bescherming die wachtbekkens en slibruimingen bieden, zijn misschien de meest ‘klassieke’ ingrepen, maar blijven wel essentieel. Sinds de grote overstromingen van eind 2010 - begin 2011 zijn er daarom heel wat extra inspanningen geleverd.
De VMM zal in de loop van 2015 14 slibruimingen uitvoeren en daarmee in totaal 219.000 m³ hinderlijk sediment uit de Vlaamse waterlopen verwijderen. Over de periode 2011-2015 zal er zo gemiddeld 139.000 m³ slib per jaar geruimd zijn. Vergeleken met de jaarlijkse sedimenttoename (begroot op 150.000 m³) betekent dit dat de VMM de hoeveelheid slib in haar waterlopen nagenoeg onder controle houdt.