De prijs van water
Welke onderdelen rekent je watermaatschappij aan op je waterfactuur? Wat verbruikt een gemiddeld gezin en waarom schommelen de prijzen per gemeente? Ontdek hier hoe niet alleen het water dat je verbruikt, maar ook het afvalwater dat je loost mee de prijs bepaalt van je waterfactuur.
Overal dezelfde berekening, niet overal dezelfde prijs.
De prijs die de watermaatschappij vraagt voor het kraantjeswater, varieert per maatschappij en per gebied. Maar de manier waarop de watermaatschappij de prijs berekent, is overal gelijk. In onderstaande tabel kan je zien hoe het tarief opgebouwd is en welke onderdelen zorgen voor de verschillen per gemeente:
| Opbouw van de waterfactuur voor een gezinswoning vanaf 2016 | ||
|---|---|---|
| prijs voor levering drinkwater |
vast | €50 per woning - €10 per bewoner |
| variabel |
|
|
| prijs voor afvoer afvalwater (riolering) |
vast | €30 per woning - €6 per bewoner |
| variabel |
|
|
| prijs voor zuivering afvalwater |
vast | €20 per woning - €4 per bewoner |
| variabel |
|
|
| TOTAAL | vast | €100 - €20 per bewoner |
| variabel | som basisverbruik + comfortverbruik | |
Elke watermaatschappij gebruikt dezelfde principes
De vaste kost (vastrecht) is voor elke abonnee gelijk en staat los van het werkelijke waterverbruik. Afhankelijk van het aantal gezinsleden dat bij jou inwoont (gedomicilieerd is) krijg je echter een korting. De korting geldt voor iedereen die op je adres gedomicilieerd is op 1 januari van dat jaar.
In totaal betaal je een vaste kost van 100 euro, met een vermindering van 20 euro per persoon.
Daarnaast rekent de watermaatschappij ook een variabele prijs aan. Dat deel is wel afhankelijk van hoeveel je verbruikt.
De watermaatschappij rekent met twee tarieven:
-
Een basistarief voor het basisverbruik: Het basisverbruik voor een gezin bestaat uit 30 m³ (voor de wooneenheid) + 30 m³ per gezinslid.
-
Een comforttarief: voor al het verbruik dat meer is dan het basisverbruik - het comfortverbruik - betaal je het dubbele van het basistarief.
Een voorbeeld: Een gezin met 3 gedomicilieerden verbruikt op één jaar 180 m³. Het basisverbruik is 120 m³ : 30 m³ (wooneenheid) + 3 (aantal gedomicilieerden) maal 30 m³.
Voor de volgende 60 m³ geldt het comforttarief.
Gemiddelde prijs, gemiddeld verbruik
-
In Vlaanderen betaal je ongeveer tussen 4,7 en 6,7 euro voor 1 kubieke meter (m³) water, inclusief BTW.
-
Een alleenstaande persoon gebruikt ongeveer 106 liter water per dag.
-
Een gezin van 4 personen verbruikt gemiddeld 315 liter water per dag. Dat is 115 m³ per jaar.
Je kan je factuur zelf berekenen en controleren met de waterfactuur-simulator van de Vlaamse Milieumaatschappij.