Toezicht op Aquafin
Noodzaak voor economisch toezicht
Aquafin heeft in Vlaanderen een monopolie voor de uitbouw en exploitatie van de bovengemeentelijke saneringsinfrastructuur, zoals RWZI’s, pompstations, overstorten, collectoren en prioritaire rioleringen. De investerings- en werkingskosten die Aquafin hiervoor maakt, worden doorgerekend aan de watermaatschappijen. De watermaatschappijen rekenen die kosten grotendeels aan via de integrale waterfactuur aan de gezinnen en bedrijven en ontvangen aanvullend een werkingstoelage uit het MINA-fonds.
Om een goede dienstverlening tegen een maatschappelijk verantwoorde kostprijs te garanderen, is de VMM aangesteld als ecologisch en economisch toezichthouder op de uitbouw en het beheer van de bovengemeentelijke saneringsinfrastructuur. Zonder economische regulering bestaan er voor een monopolist immers weinig economische prikkels om transparantie en efficiëntie na te streven, of zich op de dynamiek van de markt te oriënteren.
Aandachtspunten van economisch toezicht
De VMM bewaakt de efficiënte besteding door Aquafin van de toegekende middelen en adviseert hierover aan de minister van Omgeving, Natuur en Landbouw.
De aandacht van het economisch toezicht gaat onder meer uit naar:
- de uitvoering van de door het Vlaamse Gewest opgedragen projecten (via een optimalisatieprogramma);
- de redelijkheid van gevraagde budgetten voor de uitbouw, de vervanging en de exploitatie van de bovengemeentelijke waterzuiveringsinfrastructuur;
- de redelijkheid van de kosten die Aquafin maakte bij de uitbouw en exploitatie van de zuiveringsinfrastructuur in het voorbije jaar.